Wat doet een adviseur/projectleider bij HLB in Wijster zoal op een dag? We kijken mee met nematodenexpert Egbert Schepel (61) uit Leek. In het voorjaar zijn Egberts werkdagen gevuld met AM en bouwplanadvies om aaltjes te beheersen.
Egbert Schepel (61) werkt maar liefst 36 jaar bij HLB. Deze boerenzoon werd na zijn studie aan de Hogere Landbouwschool (HLS) vrijwel direct gescout door HLB. Het werk als onderzoeker in de akkerbouw paste hem zo goed dat hij nooit meer is weggegaan. Door de vraag ernaar specialiseerde hij zich in de aaltjesproblematiek. Egbert ontwikkelde zich tot autoriteit op dit gebied. Met zoveel kennis kun je goed adviezen geven. Daarom wordt hij jaarlijks door honderden akkerbouwers geconsulteerd voor bouwplanadvies. Dat past perfect bij Egberts grote doel, de grote rode draad in zijn carrière: de sector helpen om veel, goed en veilig voedsel te telen door slim gebruik te maken van monitoring en goede gewas- en rassenkeuze. |
10.00 uur
Egbert rijdt het erf op bij Arno Geschiere in Emmeloord. Hij begint iets later dan normaal, omdat hij eerst zijn kleinzoon op de trein heeft gezet. Egbert werkt sinds 1 februari drie dagen in de week, maar in het voorjaar heeft hij wel vijf werkdagen nodig. Het werk bij HLB verschaft hem gelukkig de vrijheid om privé-combinaties te maken, wat belangrijk is voor een familieman als Egbert. Teeltadviseur Enno Biewenga van Profytodsd schuift ook aan bij Arno Geschiere. Het is gebruikelijk om deze gesprekken samen te doen als dat past, ook met en bij Pars Granen in Noord-Friesland.
10.30 uur
Na wat bijgepraat te hebben over de actualiteiten, wordt het echt serieus. Egbert opent de laptop, Arno zijn klapper met AM-documentatie. Samen lopen ze alle percelen langs; wat is het resultaat van de monstername, welke aaltjessoort is gevonden en welke rassen kun je daar dus het beste telen de volgende keer. Vroeger lag het allemaal wel gevoelig: over je AM-besmetting praatte je niet en werd zelfs ontkend. “Het was een beetje alsof je persoonlijk een besmettelijke ziekte had”, zegt Arno. Maar nu is de sector er veel transparanter over, gelukkig. Want als je er eerlijk over bent, tegen bijvoorbeeld je buurman, kun je samen alert zijn en aaltjes beheersen. “Toen we hier zo’n 12 jaar geleden op deze locatie begonnen zijn we gelijk gestart met intensieve bemonstering. Deze grond heeft historie, de ooit verse grond was nogal uitgeboerd. Dan moet je er dus serieus mee aan de slag.”
Meerjarig bewust de percelen invullen op basis van monstername, zoals nu gebeurt, is daarbij heel belangrijk. Ook hygiënemaatregelen als opslagbestrijding zijn onmisbaar.
Samen lopen ze de percelen door en de conclusie is prachtig: Arno kan voor een van zijn percelen een bemonstering voor een AM-vrijverklaring aanvragen bij de NAK. Dat waardeert zo’n perceel natuurlijk enorm op, want je mag dan elk ras telen wat je wilt; en pootgoed bijvoorbeeld. Op andere percelen worden geschikte rassen gepland om die laatste aaltjes uit de weg te ruimen. “Die groene afbeeldingen, daar ga ik voor. Maakt niet uit hoe, binnen de wettelijke mogelijkheden natuurlijk, maar ze zullen groen worden”, zegt Egbert strijdlustig. “Daarmee komen we tegemoet aan de schreeuwende vraag naar geschikte AM-vrije teeltgronden in ons land.”
13.00 uur
Na een boterham in de kantine van Profytodsd parkeert Egbert op het erf van Erwin Koopman in Marknesse. Deze opvolger (van vader Harrie) begint met de pootgoedteelt. Alle redenen dus om alert te zijn op aardappelmoeheid. Vrijwillig hierop bemonsteren moet voor het ploegen gebeuren, dan zitten de eventuele aaltjes nog bovenin de bodem.
“We zien elkaar jaarlijks met dit gesprek, maar bellen in de winter ook regelmatig over rassen en aaltjessoorten, rotatie en groenbemesterkeuze.”, zegt Erwin opgewekt. Zijn ‘ergste’ perceel kent best veel rode strepen, hier zijn dus aaltjes gevonden. “Dit is een perceel met geschiedenis”, verklaart hij. “Het is al veel roder geweest hoor. Je kunt aaltjes best vlot opruimen met de juiste maatregelen. Mijn doel is om hier over een tijdje pootaardappelen te telen.”
De heren zoeken rassen uit met de juiste resistenties binnen de inkoopmogelijkheden van Erwin. Egbert: “Zo bouw je de aaltjesdruk af. Akkerbouwers zijn niet bepaald rastrouw hoor. En dat is maar goed ook, je moet ze inzetten voor jouw doelen. Zo kom je vooruit.”
Een van de percelen zit dicht bij een AM-vrijverklaring. “Die moet je nog één keer opnieuw bemonsteren, want in die strook zijn nog cysten met levende inhoud gevonden in 2019.”
Het hele bouwplan van Erwin is besproken en gepland. Egberts taak zit er weer op.
15.00 uur
Op naar een ietwat vreemde eend in de bijt: Sander Wuestenenk in Creil. Hij is namelijk geen gangbare akkerbouwer, maar een tulpen- en leliebollenteler. Sander verhuurt land voor de pootaardappelteelt en voor bloembollen moet je ook vrij van AM zijn. Ook hij heeft belang bij een goed bouwplan. Sander: “Egbert en ik zitten één keer per jaar bij elkaar en het is tot nu toe nog nooit spannend geweest. Dat wil ik graag zo houden.”
Daarbij laat hij een andere, inmiddels verkochte, teeltlocatie buiten beschouwing. Dat was een aaltjeshotspot, een erfenis van de eigenaar daarvoor. Met de hulp van Egbert hebben ze dat areaal in 10 jaar schoon gekregen. “Wij denken dat opslag één van de grootste oorzaken is van AM”, stelt Sander nu, met zijn ervaring met het probleem.
“Pratylenchus penetrans vrezen wij het meest in de bloembollensector. We moeten alert zijn op insleep via partijen plantgoed. Schoon beginnen is noodzaak. Wij koken alles. Daarnaast zaaien we delen in met Tagetes.”
Het is nog niet gelukt om alle geplande percelen te bemonsteren dit jaar. “Het liep door het natte najaar allemaal net even anders…”, verexcuseert Sander zich. Het gaat om een paar plekken die nog officieel moeten worden ‘geprikt’. Het meeste is schoon. Sander: “Ideaal.”
17.00 uur
De werkdag zit er bijna op, wat nog rest is de reis naar huis, en thuis na het eten de mail van die dag even doornemen en de telers de bestanden met de adviezen van deze gesprekken te mailen. Nu zit alles nog vers in het geheugen. Morgen staat een dag Noord-Holland op het programma, waar Egbert vier akkerbouwers van bouwplanadvies voorziet.
Afbeelding 1: Egbert arriveert op het erf om te gaan adviseren
Afbeelding 2: Egbert met Enno Biewenga en Arno Geschiere over het resultaat van de monstername, welke aaltjessoort gevonden is en de rassenkeuze
Afbeelding 3: Meerjarig bewust de percelen invullen op basis van monstername, zoals dit AM-onderzoek toont
Afbeelding 4: Egbert bij Erwin Koopman om het bouwplan te bespreken
Afbeelding 5: Egbert in gesprek met Erwin Koopman over het zoeken van rassen met de juiste resistenties binnen de inkoopmogelijkheden
Afbeelding 6: Egbert in gesprek met Sander Wuestenenk om zijn percelen schoon te houden
Afbeelding 7: De werkdag zit erop, wat nog rest is de weg naar huis