Plantgezondheid

 

Plantgezondheid richt zich als thema op de groei en ontwikkeling van gezonde gewassen.

 

Gewasgezondheid is als thema natuurlijk uitermate relevant voor akkerbouwers en vollegrondsgroentetelers. Er zijn diverse factoren die een rol spelen in gewasgezondheid. Denk bijvoorbeeld aan de beheersing van ziekten en plagen, zowel boven- als ondergronds. Maar ook de inzet van bijvoorbeeld biologische middelen zoals bacteriën, kunnen bijdragen aan een verbetering van de plantgezondheid. Ook het meten van opbrengsten is gerelateerd aan een goede plantgezondheid.

HLB initieert en/of is partner in diverse projecten rondom dit thema. Op deze pagina een overzicht van enkele van deze projecten.

De maatschappelijke en politieke druk op chemische toepassingen in de landbouw neemt toe. Biologische middelen om de groei van gewassen te stimuleren worden steeds vaker toegepast. De werking van deze middelen laat echter vaak te wensen over. Biologische middelen zijn nu eenmaal veel gevoeliger voor variaties in grond en gewas.

Bacillus mycoides is een bacterie waarvan enkele stammen beter zijn in het stimuleren van planten dan anderen. In dit onderzoek wordt de reden van dit verschil onderzocht. Ligt dit aan de bodem of zijn er genetische eigenschappen die de bacteriën sterker maken? Uit het onderzoek komt op dit moment naar voren dat vooral ook bij meer kwetsbare planten de bacterie zou kunnen helpen.

 

Projectleider HLB: Jan Spoelder

 

Om aardappelmoeheid (AM) in de veenkoloniën beheersbaar te houden blijft het onverminderd belangrijk om telers voor te lichten en te begeleiden. In dit project wordt nieuwe kennis ontwikkeld op het gebied van AM en zo snel mogelijk in de praktijk gebracht bij de telers. Hierbij gaat het om biologische maatregelen met als belangrijkste focus de verantwoorde selectie van aardappelrassen op basis van rassenkeuzetoetsen. Informatie over de ontwikkeling van AM populaties en virulentie en het effect van (rassenkeuze)maatregelen van de afgelopen jaren zal worden gebruikt voor het trainen van telers om meer grip op AM problematiek te krijgen. De belangrijkste doelstellingen zijn:  

  • In beeld brengen van de ontwikkeling van de virulentie van AM populaties in de Veenkoloniën 
  • In beeld brengen van de ontwikkeling van virulentie binnen percelen door intensieve bemonstering 
  • Het beheersbaar maken en houden van de aardappelmoeheidsproblematiek door maximale inzet van biologische maatregelen met focus op het inzetten van rassenkeuzetoetsen 
  • Begeleiding en training van telers op basis van alle beschikbare kennis en actuele gegevens en ontwikkelingen 
  • Middels intensieve kennisoverdracht en demonstraties werken aan continuïteit van de aardappelteelt en bedrijfsperspectieven in de Veenkoloniën  

Projectleider HLB: Egbert Schepel 

Looptijd: Augustus 2019 – December 2021 

 

Plan van aanpak Ditylenchus dipsaci (stengelaaltjes) 

De schade door stengelaaltjes (Ditylenchus dipsaci) neemt de laatste jaren sterk toe. Stengelaaltjes zijn een probleem in meerdere belangrijke gewassen zoals ui, aardappel, suikerbiet, tulp en narcis. Voor individuele bedrijven kunnen de financiële gevolgen van een besmetting met stengelaaltjes groot  zijn.  

Ondanks de quarantainestatus en de grote problemen met dit aaltje is er maar beperkte kennis beschikbaar over de levenswijze, vestiging en natuurlijke sterfte en zijn er weinig beheersmaatregelen voorhanden. Besmettingen voorkomen, vroegtijdig detecteren en het monitoren van gevonden besmettingen wordt steeds belangrijker.  

Doel en relevantie 

  • Het doel van dit programma is een start te maken met het ontwikkelen van praktische tools om stengelaaltjes op bedrijfsniveau te beheersen. 
  • De projecten binnen het programma moeten de telers handelingsperspectief bieden bij de preventie en beheersing van stengelaaltjes besmettingen. Misoogsten, afgekeurde partijen en kwaliteitsverlies moeten worden beperkt. 

Het Plan van aanpak stengelaaltjes is onderdeel van het onderzoeksprogramma Uireka 

Projectleider HLB: Anja Kombrink, Egbert Schepel 

Projectpartners: HLB BV, Wageningen Research Open Teelten, Wageningen Research Agrosysteemkunde, Wageningen Universiteit 

Looptijd: 2020 – 2023 

Het EO PLUG-IN project is een Europees project gesubsidieerd door de European Space Agency (ESA) waarin de toepassing van satelliet beelden in de landbouw wordt onderzocht 

In het EO PLUG-IN project werd hierbij specifiek gekeken of het mogelijk is om middels het volgen van de bovengronds groei van aardappelen met satellietbeelden de opbrengst onder de grond voorspeld kan worden. De metingen en gegevens die de satelliet verzamelt dienen tezamen met de weersgegevens als invoer data voor een groeimodel.  Middels proefrooiingen op een aantal velden en het bepalen van de droge stof verdeling over de verschillende boven en ondergronds delen van de gerooide aardappelplanten kan een groeimodel gekalibreerd worden. Als de droge stof verdeling over de plant bekend is, kan een model op basis van het meten van alleen het bovengrondse deel van de plant met satelliet toch een voorspelling doen van de eindopbrengst onder de grond. Het voorspellen van eindopbrengsten is interessant voor bedrijven als Agrico, het verschaft ze een beter marktpositie als ze tevoren weten welke partijen wanneer geoogst kunnen worden en ook de logistiek kan hierop ingericht worden. Project partners in dit project zijn GeoVille (Innbruck), EODC (Wenen), HLB (Wijster), Agrico (Emmeloord), Hermess (Marknesse) en Tolsma (Emmeloord).  

Projectduur: 1 juli 2018 – 1 juli 2020 

Projectleider HLB Annemarie Tuin 

Nieuws

Blijf altijd op de de hoogte!

Meld je aan voor onze nieuwsbrief op onze nieuwspagina.

Nieuwspagina