Goede uitgangssituatie voor gezonde toekomst Veenkoloniale landbouw

Betrokken partijen zetten samen de schouders onder een gezonde toekomst voor de Veenkoloniale landbouw. Een uitkomst hiervan is het gebiedsplan dat op 3 juli is overhandigd aan beleidsmakers. Dit plan is praktisch en kansrijk.

Een haalbare kaart, op weg naar een toekomstbestendig Veenkoloniaal bouwplan, dat is de naam van het Gebiedsplan Veenkoloniën. Het streven met dit plan: doelen behalen met betrekking tot waterkwaliteit, stikstof, klimaat en natuur op een manier die past bij de landbouwpraktijk en met oog voor het verdienvermogen van boeren en coöperaties.

HLB, trotse stakeholder
Het plan is in opdracht van de stichting Innovatie Veenkoloniën (IVK) opgesteld door Schuttelaar & Partners, in samenwerking met telers en stakeholders in het gebied. Eén van die stakeholders is HLB en daar zijn we maar wat trots op! Hoe geweldig is het dat betrokken partijen zo nauw samenwerken aan een gezonde toekomst voor de sector in dit teeltgebied? Tijdens het schrijven van het Gebiedsplan bleek dat de uitgangssituatie voor het behalen van de doelen goed is in de Veenkoloniën. Het ligt dus binnen handbereik!

Rotatieverruiming noodzakelijk
Typerend voor de Veenkoloniën is de intensieve zetmeelaardappelteelt, waarbij een 1:2 rotatie niet ongebruikelijk is. Met het oog op bodemgezondheid en aardappelmoeheid lijkt verruiming van deze nauwe rotatie noodzakelijk. Wat is het perspectief? Hiervoor willen de ketenpartners agrariërs handreikingen doen via dit samenwerkingsverband IVK. De komende maanden worden de maatregelen uit het plan omgezet in een meerjarig uitvoeringsprogramma met projecten waar we uren en geld op kunnen inzetten. Een gebiedsspecifiek monitoringsprogramma, gebaseerd op het meet- en monitoringssysteem dat BO Akkerbouw opstelt voor het 8e Actieprogramma Nitraatrichtlijn, is hiervan onderdeel. Dat maakt de vorderingen meetbaar en dus waardevol.

‘Samen sta je sterker’
Deze gezamenlijke aanpak van het IVK, voortkomend uit de Agenda voor de Veenkoloniën, is heeft hiermee een voorbeeldfunctie voor andere agrarische streken, met elk zijn eigen uitdagingen. Want, zoals Avebe-directeur Marleen de Rond tijdens de presentatie van het gebiedsplan heel mooi verwoordde: alleen ga je misschien sneller, maar samen sta je sterker. Die verbondenheid is heel duidelijk aanwezig in de Veenkoloniën. Dat merken we goed als we, bijvoorbeeld voor overleg, samenkomen als partijen. Twee weten meer dan één, laat staan drie of meer. Verschillende visies en invalshoeken leiden tot een scherpere koers. In de Veenkoloniën zijn we op de goede weg; we doen veel onderzoek en delen kennis. Naar potentiële nieuwe teelten, technieken ter bevordering van bodemgezondheid, water- en bodemkwaliteit en waterbergend vermogen. Zo zoeken we samen naar een nieuwe toekomstbestendige balans voor dit gebied.

Fotobijschrift: Tijdens het symposium op 3 juli in Valthermond is het gebiedsplan ‘Een haalbare kaart’ door Stichting Innovatie Veenkoloniën (delegatie rechts) overhandigd aan (vlnr.) Wilbert Siebring en Anja Woordman (dagelijks bestuur Waterschappen Vechtstromen en Hunze & Aa’s), gedeputeerde Henk Emmens (namens provincie Drenthe en Groningen) en Renze Portengen (Regieorganisatie Transitie Landelijk Gebied van LVVM).